Vogels met verzamelwoede
25 september 2018
Zonnestralen priemen door de bomen. Gouden lichtvlekken dansen tussen bladeren, bessen, eikeltjes en de gevleugelde nootjes van de esdoorn. Het bos is een mozaïek van kleur. Door het oranje en rode fruit is het pallet veel uitbundiger dan in zomer of lente. Ik kan de verleiding niet weerstaan en verzamel allerlei moois. Al snel puilen mijn zakken uit. ‘Gaat dat allemaal mee?’ hoor ik mijn man zeggen. Hij grinnikt. Van jongs af aan sleep ik vrachten vruchten en ander natuurgoed uit het bos mee naar huis, waar ik het met zorg uitstal. Net als veren, slakkenhuizen, stenen, schelpen, dode vlinders en andere diertjes. We hebben er tegenwoordig zelfs een vitrinekast voor.
’s Avonds kijken we naar David Attenborough in Paradise. ‘Kijk nou!’ roep ik. ‘Dat is precies wat ík doe!’ De prieelvogel uit Nieuw-Guinea en Australië verzamelt mooie voorwerpen uit de natuur, bouwt een hutje van takjes en decoreert zijn stekkie met bessen, bloemen, paddenstoelen, steentjes, veren en glimmende vleugels van torren. Er zijn verschillende soorten en binnen een soort heeft elke vogel zijn eigen voorkeur, met name voor een bepaalde kleur. Alle voorwerpen worden keurig gesorteerd. Verwelkt een bloemetje, dan zoekt hij een verse. Ik schiet in de lach: een bruine tuiniervogel loopt heen en weer. Hij heeft een levend torretje in zijn tuin gelegd. Keer op keer legt de vogel de tor terug. Uren en uren spenderen deze vogels om hun collectie te vergaren en te onderhouden, aldus David Attenborough.
Het fascinerende is: de vogels zelf zien er vrij eenvoudig uit, zeker in vergelijking tot de lichtverwante paradijsvogels. De wetmatigheid is, hoe saaier de vogel, hoe mooier zijn kunstcollectie: prieelvogels versieren vrouwtjes niet met hun verenpak maar met de kleurige collectie kostbaarheden. De mannetjes (vaak vele bij elkaar in de buurt) stallen hun waar uit bij hun prieel en dansen of roepen – afhankelijk van de soort. De vrouwtjes vormen het keurende publiek. Kritisch inspecteren zij de verzamelingen. Soms vindt niemand het goed genoeg, soms is één prieel zo in trek dat de eigenaar met alle aanwezige vrouwtjes paart. De mannetjes hebben het zo druk met verzamelen en ordenen, dat zij geen tijd hebben voor de opvoeding; de vrouwtjes leven als single mom. Deze luxe heeft kunnen ontstaan door een overschot aan voedsel en de afwezigheid van rovende zoogdieren.
Een dag later loop ik door het Allard Pierson Museum. Mijn oog valt op een vitrine met olielampjes, allemaal min of meer hetzelfde om te zien, keurig uitgestald. Even later sta ik voor een plankje met wel vijftig pijpenkoppen, sommige heel, sommige in duigen, maar allen bijna identiek. Mijn mondhoeken krullen op. Dat is wat de prieelvogels doen: ze maken een museum! Net als mensen, die alles om zich heen willen verzamelen, sorteren en tentoonstellen, maken deze vogels een kabinet van kostbaarheden. En wie de mooiste collectie bezit, die is het meest in trek bij de vrouwen. Is dat bij mensen nou ook zo?
Marisa Stoffers
Foto’s
Header en alinea 1: Herfstvruchten, Marisa Stoffers
Alinea 2: Collectie bloemen, paddenstoelen en bessen van een prieelvogel, film still uit David Attenborough in Paradise (klik voor een vijf minuten durend fragment)
Alinea 3: Tekening van bruine tuiniervogel (Vogelkop bowerbird in het Engels), John Gould (tekenaar en ornitholoog)
Alinea 4: Pijpenkoppen in Allard Pierson Museum, Marisa Stoffers