De smient gaat fluitend de winter door
Als je in de winter iemand hoort fluiten en je ziet niemand dan heb je de smient gehoord. In het Duits heet deze eend niet voor niets ‘pfeifente’ en in het Frans ‘canard siffleur’. Het mannetje van de smient is een bont gekleurde eend met als meest opvallend kenmerk: een gele streep op de kop. De rest van de kop is kastanjebruin. De rug is grijs en de borst zalmroze. Het ‘kontje’ van de smient is zwart en ze hebben kleine blauwgrijze snavels. De smient is een middelgrote eend, tussen de wilde eend en de wintertaling in.
Een daling vanaf eind jaren ’90 in aantallen
Smienten eten gras, bladeren, zaden, wortels van planten en waterplanten. Ze broeden vooral in noord Scandinavië en Siberië. Een klein aantal broedt ook in Nederland.
Ze komen in grote getalen in ons land aan in oktober en november, vooral in het noorden, westen en het rivierengebied. In Nederland kunnen tot bijna een miljoen smienten overwinteren. Maar is wel al jaren een afname, sinds eind jaren ‘90 zijn er al 30% minder aanwezig in Nederland. Veel smienten blijven tegenwoordig hangen in Zweden en Denemarken, maar vooral de afname van broedsucces in het hoge noorden is de belangrijkste reden van de achteruitgang. In februari-maart gaan ze weer naar het hoge noorden om te broeden.
In Brabant was er een sterke stijging vanaf de 70er jaren en net zoals in de rest van Nederland zette de daling ook hier in, in eind jaren ‘90. Aangezien ze erg aan water gebonden zijn om waterplanten te eten in ondiepe delen en om er te slapen, komen ze vooral in het riviergebied voor.
In de polders rond Oss
De polders rond Oss zijn een bolwerk in Brabant, vooral omdat er veel gras beschikbaar is. Meldingen komen dan ook uit veel delen van de polders, de meeste van dicht bij weteringen en sloten. Als je een map van onze regio maakt op grond van alle waarnemingen die in de Nationale database flora en fauna zijn opgenomen, kun je aan de meldingen van grote groepen zo het slotenpatroon terug zien: Hertogswetering, Hoefgraaf, Lithse eendenkooi, Keent, Maas, oude Maasarm in Lithoijen. In veel sloten zitten kleinere aantallen, maar in de Hoefgraaf kunnen soms groepen van meer dan 250 smienten worden waargenomen. De Hertogswetering spant de kroon met groepen van meer dan 500 smienten.
De Vogelwerkgroep van IVN Oss telt in de winterperiode 4 keer de aanwezige vogels in en rond in delen van de Hertogswetering. Als voorbeeld het traject tussen Geffen en Nuland (dit deel is gemakkelijk vanaf de bruggen te overzien en te tellen). Een studente, Jennifer Koelman, heeft in 2018 voor het waterschap de cijfers van 2001 tot en met 2016 op een rij gezet. In dit betreffend traject zijn er grote schommelingen, vooral bepaald door de hoeveelheid ijs op de Hertogswetering. Zo is er een dal in de winter van 2010-2011 waarin het vooral in december erg koud was met veel ijs. De winter van 2012-2013 was zacht met een topaantal van 8.000 smienten op dit traject tijdens de 4 tellingen. Daarna gaan ook hier de aantallen hard naar beneden. In de tellingen van 2019-2020 werden er minder dan 1.000 smienten geteld.
Een overzicht van alle artikelen over ‘vogels in de polders rond Oss’.
De Hertogswetering met watergebonden vogels – een foto van Toon Voets (IVN Oss)
De smient – een foto van Adri de Groot (Fotoboek Adri de Groot)
Een mannetjes en een vrouwtjes smient – foto van Theo van Orsouw (IVN Oss)