‘t Gouden Klavertje

De zon schijnt, deze donderdagochtend. Bij de ingang van het Segbroek College in Den Haag staat biologiedocent Joris Koot mij op te wachten. Het stereotype wat ik bij biologieleraren verwacht (oud, grijs, sokken in sandalen) komt direct te vervallen als Joris mij de hand schudt. Aangenaam!

Samen lopen we de schooltuin in. “Welkom in het Gouden Klavertje”, zegt Joris. De tuin beslaat een slordige 600 vierkante meter. Joris vertelt: “Ik heb de  tuin samen met een vwo-klas ontworpen. De leerlingen zijn ingedeeld in verschillende themagroepen: insecten, zoogdieren, ecologie, biodiversiteit, Ecologische Hoofdstructuur, enzovoorts. Vervolgens moesten die groepen experts gaan interviewen. Zo ging de insectgroep op bezoek bij een imker en de zoogdiergroep heeft gesproken met iemand van de landelijke vleermuiswerkgroep. Op die manier werd het een interactief en ontzettend leerzaam project!

“Je kunt zóveel uit zo’n stuk grond halen!”

“Het initiatief kwam bijna voort uit een soort ergernis”, vertelt hij. “Dit was vijf jaar geleden nog een stuk grasland. Gewoon een stuk kale grond met hier en daar wat ‘éénjarigen’. Ik vond dat zonde van de ruimte, je kunt zoveel uit zo’n stuk grond halen! Daarom heb ik een plan ingediend bij de school. Het  bestuur was snel overtuigd en zag de waarde van een schooltuin wel in. Er waren natuurlijk kosten verbonden aan de aanleg, maar ook dat was relatief snel en makkelijk geregeld. Via Fonds 1818 en Stichting Fonds ’t Boshuis was al snel een behoorlijk bedrag verkregen. De school deed er nog een schepje bovenop. Ik heb de begroting van de hovenier gebruikt om de subsidies aan te vragen. Dat maakt de kosten inzichtelijk en laat ook zien dat al het geld gebruikt wordt.”

Met de hulp van drie IVN-cursisten kreeg de tuin een “vliegende start”. Die cursisten hebben inmiddels hun diploma gehaald en zijn inmiddels niet meer wekelijks in de tuin te vinden. Joris vertelt: “Achteraf gezien had ik van tevoren meer draagvlak moeten creëren. Er staan zo’n honderd plantsoorten in deze tuin. Die moeten allemaal anders worden verzorgd en daar is kennis voor nodig. Er zijn genoeg vrijwilligers die iets willen doen, maar niet altijd weten hoe ze elk van die honderd soorten moeten verzorgen. Daardoor ging er voor mij veel extra tijd in het onderhoud zitten, dat had ik achteraf niet zo gepland.  Daarom heb ik nu een ‘onderhoudsboek’ gemaakt. Een beheerplan waarin van A tot Z staat beschreven wat er moet gebeuren, en wanneer. Dat biedt de vrijwilligers de houvast die ze nodig hebben.

“Sommige studenten komen hier echt even op adem, dat is toch mooi om te zien?”

Ondertussen stroomt de tuin vol met leerlingen. Joris vertelt me dat ze bezig zijn met een opdracht die met ecologie te maken heeft. De tuin is ingericht volgens de verschillende stadia van successie. Van kleine kruiden tot bomen, alles is er te vinden. Indrukwekkend! Het valt op hoe rustig en vertrouwd de leerlingen met de tuin omgaan, ze genieten zichtbaar. “Veel leerlingen hebben aan de tuin meegewerkt, het proces gezien. Ze zijn erachter gekomen dat het heel relaxed is om in de natuur te zitten. Sommige studenten komen hier echt even op adem, dat is toch mooi om te zien?” 

Groen Dichterbij was vooral een extra manier om aandacht en netwerk te creëren, zegt hij. “Dit project staat behoorlijk op eigen benen, maar het is toch leuk als je ziet dat er bijvoorbeeld met Groen Dichterbij-bijeenkomsten of workshops nu gebruik kan worden gemaakt van onze tuin. Zo ontstaat er een beetje kruisbestuiving”, zegt hij grijnzend. De volgende woordgrap laat niet lang op zich wachten: “Er is bij sommige leerlingen echt een zaadje geplant, dat zie ik zelf en dat hoor ik van collega’s. Die leerlingen gaan later een huis kopen en een tuintje beheren en die zullen zich herinneren dat ze moeten letten op biodiversiteit. Dat is toch onbetaalbaar?”

Groen Dichterbij is niet in de laatste plaats een sociaal project. Het Gouden Klavertje is volgens de jonge biologiedocent niet alleen belangrijk voor de school, maar ook voor de buurt eromheen. “We krijgen veel positieve reacties van de mensen uit de omgeving. Zo’n tuin is een stuk leuker om naar te kijken dan een saai grasveld. We proberen ook buurtgenoten te betrekken bij het onderhoud. Enkele vrijwilligers komen wekelijks een poosje in de tuin werken. Op de laatste NL Doet-dag heeft één van die vrijwilligers een aantal scholieren onder zijn hoede genomen. Samen hebben ze de hele dag in de tuin gewerkt. Die jongens hadden de dag van hun leven!”

“Als je iets wilt, dan kan dat lukken. Dat is een les voor het een les voor het leven”

Joris is behalve leraar ook mariene ecoloog. Op de vraag of hij dat onderwerp ooit in de praktijk kan doceren, geeft hij een duidelijk antwoord: “Nee, dat kan niet, teveel gedoe met zout water.” Maar, Joris innoveert vrolijk voort. “Met het schoolteam zijn we laatst naar een ‘Escape Room’ geweest. Dat was hartstikke leuk, ik dacht: daar moet ik iets mee doen! Dus samen met een collega heb ik nu ‘Escape the Classroom’ bedacht. Leerlingen moeten hierbij uit een schoollokaal ontsnappen door allerlei vakgerelateerde opdrachten op te lossen. Ook daarvoor hebben we subsidie gekregen en dat is ten diepste wat ik mijn leerlingen wil laten zien. Als je iets wilt, dan kan dat lukken, of dat nou met biologie, kunst of de zakenwereld te maken heeft. Ik hoop dat de leerlingen dat oppikken, dat is een les voor het leven.”

Ik vraag of ik van hem nog een foto mag maken. Dat mag. Midden in de tuin gaat hij zitten, op de achtergrond zitten leerlingen te peinzen over ecologie. Een mooi gezicht.