De start van een groen buurtproject
- De start
- Je eigen idee ontwikkelen
- Draagvlak buurtbewoners
- Hoe ga ik om met tegenstand?
- Hoe organiseer ik bekendheid voor mijn groene buurtproject?
- Hoe vind ik vrijwilligers?
- Gereedschap en andere materialen
1. De start
Als je begint met de aanleg van groen in je buurt, zijn er een aantal onderwerpen waar je over moet nadenken. Bijvoorbeeld: Voor en met wie wil je aan de slag? Hoeveel ruimte heb je? Wat wil je doen met de plek? Check of alles wat je wilt ook mag, bijvoorbeeld bij wijkbeheer. Er is misschien ook wet- en regelgeving waar je rekening mee moet houden
Als je weet waar je aan de slag wilt gaan en wat je wilt met je plek, is het tijd na te denken over het ontwerp. Als je meer groen in de wijk wilt en je wilt je buren betrekken om dit gezamenlijk aan te pakken, kun je een droomavond organiseren. Tijdens een droomavond brengt iedere deelnemer zijn of haar ideeën in over hoe jullie groene buurt er over 5 of 10 jaar uit zou kunnen zien. Daarna maak je een gezamenlijke droom. Hieruit komen dan vaak initiatieven voort om stap voor stap naar de droom toe te werken. Vraag je Groen Dichterbij Support Team-lid om meer informatie over deze methodiek.
Nu kun je starten met de aanleg! Als je dit doet, kijk dan goed welke planten je gebruikt. Houd bijvoorbeeld rekening met:
- de ligging van de tuin (zon/schaduw/wind)
- de grondsoort (klei/zand, vochtig/droog)
- de maten van de tuin (omvang en de vorm)
Denk bij de aanleg van je tuin of plek ook aan de bestaande natuur. Door bijvoorbeeld natuurlijk te tuinieren ontstaat een beter evenwicht in de tuin. Hierdoor heb je minder last van plagen en bovendien breng je minder schadelijke stoffen in het milieu die je gezondheid en die van het ecosysteem aantasten.
Verder lezen:
Bij ontwerpen, aanleggen en onderhouden vind je een overzicht welke planten het beste waar groeien.
Lees hier hoe de groengroep Hendrik Ido Ambacht hun project begonnen is.
2. Je eigen idee ontwikkelen
Als je zelf nog geen ideeën hebt en iets wilt gaan ondernemen met groen in je buurt: Voor welke activiteiten loop je zelf warm? Je kunt denken aan incidentele activiteiten zoals het organiseren van evenement zoals een buurtbarbecue of andere gezamenlijke maaltijd, een feest in het park of een schoonmaakactie. Maar je kunt ook denken aan activiteiten die herhaaldelijk zorg en aandacht vragen zoals wekelijkse of maandelijkse speelmiddagen voor kinderen, jaarlijks zomerkampen, een gezamenlijke volkstuin of gezamenlijk beheer van een plantsoen, boomgaard, oevers, knotwilgen, buurtpark, slootkanten, singels, etc. Begin klein, blijf realistisch. Langzaamaan kan je initiatief met hulp van anderen groeien.
Verder lezen:
natuursuper-dhz-kaarten.pdf NatuurSUPER helpt je goed op weg!
3. Draagvlak buurtbewoners
Met je eigen initiatief ontwikkel je je eigen doelen. Maar het helpt wel als je draagvlak in de buurt hebt of van de overheid. Peil bij omwonenden wat hun ideeën en wensen zijn. Als je iets wilt met het plantsoen of parkje voor je deur, spreekt het voor zich dat je de mensen die ook op het plantsoen of park uitkijken betrekt. Gaat het om een stukje groen verderop, dan kun je mensen daar benaderen. Is het groen voor een hele wijk, zoals een wijkpark of een volkstuinencomplex, dan kan het zin hebben zowel uit de directe omgeving ervan als uit de wijk mensen te betrekken. Heb oog voor het feit dat er verschillende groepen mensen in een buurt kunnen wonen, elk met hun eigen wensen wat betreft groen betreft. Inzicht hierin kun je krijgen door mensen te ontmoeten en met hen te praten over wat zij graag willen. Zo kun je gaandeweg jouw initiatief ontwikkelen tot een initiatief dat door een brede groep gesteund wordt, met daden of woorden. Maar je kunt ook juist de natuurliefhebbers, moestuiniers of ouders met kinderen willen betrekken. Het hangt van je idee op welke maniermensen het best hun bijdrage kunnen leveren.
Verder lezen:
natuursuper-dhz-kaarten.pdfvan NatuurSUPER helpt je goed op weg!
4. Hoe ga ik om met tegenstand?
Vandalisme en diefstal
Een tuin in de in de publieke ruimte loopt het risico op diefstal en vandalisme. De kans daarop is een stuk kleiner als er huizen uitkijken op het stuk grond. Een hek of heg kan ook helpen.
Verwaarlozing
Soms begint de buurt enthousiast aan een gezamenlijke tuin, maar wordt de motivatie daarna minder. Het is slim hier bij de start rekening mee te houden. Dat kan met deze checklist uit het moestuindraaiboek (ook handig voor andere groene initiatieven):
- Zijn er een of meerdere personen die dit project willen trekken?
- Is er een organisatie die de coördinatie en het beheer van de tuin regelt? (contactpersoon, penningmeester, materiaalbeheerder)
- Is er voldoende (moes-)tuinkennis aanwezig?
- Is er een aflossysteem opgezet voor de vakantieperiode?
Verder lezen:
Download hier de factsheet Omgaan met tegenstand
5. Hoe organiseer ik bekendheid voor mijn groene buurtproject?
Houdt de buurt actief en betrokken door ze regelmatig te informeren (vooral in de winter, als je elkaar wat minder vaak tegenkomt buiten). Dat kan door persoonlijk contact, bijvoorbeeld tijdens een bijeenkomst met buurtbarbecue of een kookworkshop met oogst uit jullie eigen groententuin! Je kunt ook aanhaken bij al bestaande initiatieven zoals bijvoorbeeld de Burendag van het Oranje Fonds en Douwe Egberts.
Elkaar ontmoeten is natuurlijk het leukst, en vaak het effectiefst, maar elkaar schriftelijk op de hoogte houden kan ook. Denk bijvoorbeeld aan een gezamenlijke pagina op Buurtlink of Facebook, waar de laatste nieuwtjes en tuinplannen gedeeld worden. Of stel een nieuwsbrief op, met bijdrage van de hele buurt. Persoonlijke verhalen over hoe buren de tuin beleven en onderhouden werken enthousiasmerend!
Verder lezen:
- Kijk op de site van Burendag voor tips over wat je kan organiseren
- Lees natuursuper_tips_mensen_betrekken.pdf tips van NATUURSUPER over het betrekken van bewoners, alleenstaanden en allochtonen.
6. Hoe vind ik vrijwilligers?
Ben je op zoek naar vrijwilligers om te helpen bij de onderhoudswerkzaamheden? Natuurlijk is het bij een buurtinitiatief leuk dat het werk gezamenlijk opgepakt wordt door de buurt. Zijn er soms wat meer handen nodig, neem dan contact op met de lokale vrijwilligerscentrale, of plaats je buurtinitiatief op een lokale Groen Dichterbij-facebookgroep in de buurt. Helaas zijn er niet in alle regio’s lokale Groen Dichterbij Facebookgroepen.
Voor vragen over groen en natuur kun je terecht bij vrijwilligers van je lokale IVN-afdeling, KNNV-afdeling, volkstuin- of moestuinverenigingen. Zoek ze op in het telefoonboek of op internet. Met hun ervaring en enthousiasme kunnen ze een erg waardevolle bijdrage leveren in het ontwerp- en aanlegproces of in het onderhoud.
Verder lezen:
- Download het handboek 5x B
- document_vinden_en_binden_van_jonge_vrijwilligers.pdf
- Studie ’Zin in meedoen’
- p013_nuso_brochure_vrijwilligers_moet_je_veroveren.pdf
7. Gereedschap en andere materialen
Gereedschap kunnen omwonenden zelf vaak meebrengen. En misschien wil de gemeente of woningcorporatie het aan je lenen of geven. Als jij en je buren het groen in de buurt onderhouden, heeft de gemeente daar immers ook profijt van. Soms willen meerdere mensen gereedschap, zaaigoed of planten afstaan aan een initiatief (crowdsourcing). Je moet dan wel bekendheid aan je initiatief geven en laten weten dat je op zoek bent naar middelen. Een briefje bij mensen in de bus, een berichtje in het wijkkrantje of op internet kan helpen. Gebruik de media, schrijf positief zodat mensen zin krijgen om aan te haken en houd je kleine ergernissen voor jezelf.
Verder lezen:
- Idealenkompas
- Download hier de factsheet Aan de slag met je groene buurtproject!
- Download hier de factsheet Een tuin vol dieren
- Download rapportregeldieburgerinitiatieven-december.pdfhet rapport Regel die burgerinitiatieven, over hoe gemeenten en maatschappelijke initiatieven in de openbare ruimte en publiek toegankelijke gebouwen omgaan met aansprakelijkheid.