De groene vingers van Arnhem
Arnhemmers zijn inmiddels op meer dan 1000 plekken aan de slag om te vergroenen. Met vlinderidylles, bijenveldjes, geveltuintjes en boomspiegels bijvoorbeeld. ‘Bewoners melden zich zelf bij de gemeente. Ons uitgangspunt is altijd: we kijken of het kan. We lopen er eigenlijk niet zo mee te koop, maar het schijnt bijzonder te zijn,’ zegt Vivienne van Gemeente Arnhem nuchter. En dat is het. Niet voor niets is Arnhem door Nederland Zoemt verkozen tot Bijvriendelijkste Gemeente van 2022.
Voordat Vivienne van Sante, stadsdeelmanager wijkonderhoud bij de Gemeente Arnhem én ecoloog, van wal steekt over alles wat Arnhem doet voor wilde bijen, geeft ze ons eerst een ‘lesje Arnhem’. ‘Arnhem is een bijzondere stad. Aan de noordkant heb je oude landgoederen zoals Presikhaaf en Sonsbeek. De stad ligt daar op zandgrond, en de natuur gaat als ‘groene vingers’ tussen de bebouwing door de stad in. Dat zorgt voor vossen, dassen en zelfs wel eens een reetje midden in de stad. Aan de zuidkant heb je de rivier, daar vormen de dijken de groene aders door de stad. De huizen staan daar op klei, of af en toe op opgespoten zand. Dat zorgt voor heel andere soorten dan in het noorden.’
Al 30 jaar natuurvriendelijk maaien
Andere bodem vraagt niet per se om ander maaibeleid, al is zo’n vette kleigrond lastig schraal te krijgen. Arnhem maait al sinds 1990 natuurvriendelijker, toen de gemeente op verzoek van bewoners stopte met chemische bestrijdingsmiddelen. Het maaibeleid veranderde naar minder maaien én maaisel afvoeren. Vivienne: ‘De helft van ons grasland maaien we 1 of 2 keer per jaar. De andere helft maaien we 16 keer per jaar, dat noemen we recreatief gras. Dat is alsnog een stuk minder dan maaien in ‘gazon’, dan maai je wel 20 tot 24 keer per jaar. Zo vaak maaien doen we in Arnhem inmiddels nergens meer.’
Niet alleen minder maaien is belangrijk: ‘We laten het maaisel ook een paar dagen liggen, zodat de zaden eruit kunnen vallen en de beestjes kunnen ontsnappen. Daarna wordt het afgevoerd. Onze machines staan ook wat hoger afgesteld, om bijvoorbeeld kikkers niet kapot te maaien.’ De zoektocht naar verbeteringen is nooit af: ‘Onlangs hebben we onze velden door een groot bureau laten inventariseren op gras en kruiden. Daar kwam een advies uit, waarmee we ons maaibeleid nog natuurvriendelijker kunnen maken. Van 2 naar 1 keer maaien bijvoorbeeld, of een bepaald stukje gras juist wél vroeg maaien, om de kruiden meer kans te geven. We blijven zoeken waar het beter kan.’
Buitenles, bloembollen en bijvriendelijke bewoners
De parken, de velden en de bermen, dat noemt Vivienne de grote structuren. Dit zijn de groene vingers en aders die van buiten de stad de stad inkomen, en zo zorgen voor meer biodiversiteit in de stad. Dat is de verantwoordelijkheid van de gemeente, vertelt Vivienne. Daartegenover zet ze de kleine structuren: al het andere groen in wijken. ‘Dat doen we samen met bewoners. In de wijken zijn heel veel mensen actief om stukjes groen te beheren. Ze leggen zelf een geveltuintje aan, of maken met een groepje buurtbewoners een vlinderidylle. Mensen gaan met veel enthousiasme aan de gang. Een paar jaar geleden bleek uit onderzoek hoe slecht het met de insectenstand gesteld is, ik merk dat dat er wel heeft ingehakt bij veel mensen.’
Meer weten over bewonersinitiatieven? Astrid Bierkamp vertelt hier over de aanpak van Arnhem Zoemt
Gemeente Arnhem werkt volop samen met partners als Arnhem Zoemt, IVN, KNNV, Arnhem Klimaatbestendig en Natuurcentrum Arnhem en vele anderen. Zo heeft de gemeente een bijenconvenant met de lokale imkersvereniging om gezamenlijk het aantal drachtplanten- en bomen te verhogen. En krijgen Arnhemse basisschoolleerlingen via het Natuurcentrum buitenles over bloemen en insecten, leskisten over de bij en kunnen ze materiaal aanvragen om een insectenhotel te maken.
Arnhem blijft bezig om de natuur nog meer ruimte te geven. Dat gaat verder dan alleen het aanpassen van het maaibeheer en de nauwe samenwerking met bewoners en groene partners. Zo kiest Arnhem steeds vaker voor biologische bloembollen en laat dood hout zoveel mogelijk liggen, zodat wilde bijen en andere insecten hierin kunnen nestelen. Maar ook monitoring staat hoog op de agenda: zo start de gemeente met een onderzoek om bijzondere habitats voor kwetsbare wilde bijen te monitoren en vervolgens dit leefgebied (nog) aantrekkelijker te maken.
Tips uit Arnhem
Wil je als gemeente aan de slag met meer nestgelegenheid en voedsel voor wilde bijen? Óf wil je als bewoner (samen met je gemeente) aan de slag? Vivienne heeft tips!
Voor gemeentes
- Zoek in de gemeente wie er nog meer enthousiast zijn en ga samen aan de slag. Als er energie op zit, krijg je veel meer voor elkaar.
- Luister naar bewoners. Laatst is in Arnhem bijvoorbeeld weer flink wat gras omgezet van recreatief naar kruidenrijk – op verzoek van bewoners.
- Start met een pilot, bijvoorbeeld aan de buitenring van de stad. Werkt het? Breid dan langzaam uit, de stad in. Dan kun je er als gemeente meer aan wennen.
- Maak het beleefbaar en zorg ervoor dat ook mensen kunnen genieten van al die bloemenpracht. Arnhem maait bijvoorbeeld paden zodat je tussen de bloemen door kunt lopen.
- Ga de verbinding aan tussen ecologen en beheerders, en kijk waar je met elkaar een eerste stap zou kunnen zetten. Als je nu 20 keer maait, kan je misschien wel naar 16 keer, waarbij je wat later begint. Dan heb je in het vroege voorjaar alvast wat voedsel voor insecten. Zo kun je, als het een succes is, steeds een stapje verder gaan.
Voor bewoners
- Begin klein: in je eigen tuin of op je balkon kun je al heel veel doen voor wilde bijen.
- Op nederlandzoemt.nl/doe-mee staat alles wat je nodig hebt om te beginnen.
- Wil je nog meer doen? Zoek uit wie er in je buurt nog meer enthousiast zijn en ga samen aan de slag.
- Onderzoek hoe de gemeente of lokale groene organisaties jouw initiatief kunnen helpen. Bij veel gemeentes is het bijvoorbeeld mogelijk een boomspiegel te adopteren of mag je een geveltuin aanleggen. Een lokale groene organisatie kan misschien bijdragen met kennis of middelen. En soms zijn er subsidieregelingen beschikbaar.
- Deel je ervaringen met anderen! Bijvoorbeeld via het lokale krantje of via sociale media. Zo maak je andere mensen ook weer enthousiast.
Foto’s: Gemeente Arnhem, V. van Sante